Saturday 20 April
Weerman Jannes Wiersema
Een vore van Noord-Holland naar de Achterhoek trekt zuidwaarts en ligt vanmiddag boven het zuiden van het land. Een hoogtelaag boven centraal Europa trekt langzaam zuidwaarts terwijl een hoogterug boven de Noordzee zich langzaam verder over ons land uitbreidt.
De buien lijken zich vooral te concentreren in en net noord van de genoemde vore. Alle modellen geven dit eigenlijk aan met de bekende detailverschillen.
De dag begint met uitzondering van het noorden met bewolking en mist. De mist lost vanochtend grotendeels op maar kan in het zuiden hardnekkig zijn. Daarna zijn er zonnige perioden en wordt het zomers warm met temperaturen rond 26 graden. In de loop van de middag ontstaan er vooral in de zuidoostelijke helft van het land opnieuw regen- en onweersbuien. Met name in het zuidoosten pakken deze lokaal weer fors uit met onweer, hagel en veel neerslag in korte tijd. Er staat een matige noordoostenwind. In het zuiden is de wind aanvankelijk noordwest. In de loop van de avond verdwijnen de buien weer en klaart het overal op.
Vandaag in en net noord van de vore vorming van enkele pittige single cells, de schering is gering, maar de CAPE is met name in het zuidoostelijk deel nog fors: rond 2000 J/Kg. Vooral in Limburg is het Precipitable Water nog hoog vanmiddag: 30-40 mm. Vandaar nog een code geel vanmiddag voor Limburg. Elders wel enkele (onweers)buien maar niet geelwaardig waarschijnlijk. Zondag middag zou het uiterste zuiden van Limburg nog net met de buien te maken kunnen krijgen.
In de nacht naar zondag zijn er opklaringen en blijft het droog. Met een zwakke tot matige noordoostenwind koelt het niet verder af dan een graad of 15.
Zondag overdag is het zonnig, warm en blijft het droog, alleen in het zuiden van Limburg kan in de middag nog een onweersbui voorkomen. De temperatuur komt op veel plaatsen uit op 26 graden, langs de kust kan de wind in de middag van zee gaan waaien zodat het daar enkele graden afkoelt. Verder staat er een zwakke tot matige noordoostelijke wind.
Feitelijk gezien heeft West-Europa bij aanvang van de periode te maken met een geblokkeerd hoogtepatroon. Een hoogterug strekt zich uit van IJsland naar het Iberisch Schiereiland. De hoogterug wordt kleinschalig gezien verstoord door een ingebed koud putje ten noorden van de Alpen welke In Duitsland/Frankrijk en de Benelux nog voor tamelijk persistente convectie zorgt en heeft gezorgd. Aan weerszijden van de grootschalige hoogterug bevinden zich grootschalige hoogtelagen boven het Atlantische en Finland. In loop van de periode zien we de genoemde hoogterug meer en meer verzwakken en daardoor wordt de atmosfeer op hoogte meer doorstroomd met een westcomponent. Op de lange termijn, na dag 10, zien we een voortzetting van dit patroon.
Perioden met zon en eerst vrij warm met in de loop van de week kans op een enkele regen- of onweersbui.
zaterdag 11 juni tot en met zaterdag 18 juni
Grote kans op overgang naar iets wisselvalliger weer met temperaturen rond normaal.
Het EPS is eenduidig in de afzwakkende hoogterug. Details die significant zijn en waar nog onzekerheid over bestaat is het genoemde koude putje dat begin volgende week weer opvullend noordwaarts zich over ons gebied lijkt te verplaatsen met kans op convectie. Verder zien we in de 2m- temperatuur anomalie kaarten duidelijk een positieve anomalie van +1 tot 3 graden, hetgeen te verklaren is met de hoogterug. Voor week 2 en 3 lijkt de 2m temperatuur maar weinig af te wijken van het modelklimaat. In de clusterscenario kaarten van de ECMWF website zien we bij de aanvang een grote voorkeur voor een (West) Atlantic ridge. In de loop van de periode zien we een overgang naar het positieve NAO scenario en daarmee wordt het hierboven scenario bevestigd.
