Friday 19 April
Weerman Jannes Wiersema
Een lagedrukgebied nabij IJsland zwaait richting de zuidpunt van Groenland. Bijbehorend warmtefront ligt ten noorden van de FIR, maar de grenslaag is in het noorden van de FIR nog erg vochtig. Bijbehorend noord-zuid georiënteerd koufront bereikt vanmiddag het zuidwesten en verlaat vanavond het oosten. Het koufront wordt gevolgd door een trog die woensdagochtend van west naar oost over het land trekt. De trog is gevuld met relatief droge en koude lucht, T500 is lager dan -30 C in het noordelijk deel van de FIR. Na de trog volgt een doorstromende rug die in de ochtend van west naar oost passeert.
Het is vrijwel onbewolkt, maar in de loop van de dag neemt de bewolking van het westen uit toe. In de middag en avond trekt een gebied met regen van west naar oost over het land. Het wordt ongeveer 12 graden. De zuid- tot zuidoostenwind draait in de middag naar het zuidwesten en is matig, aan zee en op het IJsselmeer vrij krachtig tot krachtig.
In de nacht naar woensdag zijn er opklaringen maar lokaal kan nog wat lichte regen vallen. De minimumtemperatuur loopt uiteen van 4 graden in het zuidoosten tot 8 graden vlak aan zee. De zuidwest- tot westenwind is matig, aan de kust af en toe krachtig.
Woensdag overdag zijn er perioden met zon en het blijft droog. De middagtemperatuur wordt ongeveer 8 graden. De wind wordt zuidwest, matig boven land en af en toe krachtig aan zee.
Vanwege een golvende straalstroom wisselen ruggen en troggen elkaar voortdurend af. Zondag a.s. en de woensdag daarna is er tijdelijk sprake van hogedruk, terwijl met name volgende week donderdag een vrij actieve storing ons land passeert.
Aanvankelijk droog, bewolkt en maxima net onder normaal. Daarna maxima rond normaal en wisselvallig. Over het algemeen zachte nachten.
dinsdag 15 december tot en met dinsdag 22 december Aanhoudend wisselvallig en middagtemperaturen rond of iets boven normaal. Geleidelijk loopt de kans op maxima onder normaal en minima onder het vriespunt op naar 30-40%.
Het hierboven geschetste beeld zien we in het grootste gedeelte van het ensemble terug. De onzekerheden worden vrijwel volledig bepaald door faseverschillen. Passeert een rug precies in de nacht dan levert dat meer afkoeling op dan wanneer de rug dat op een ander moment doet. Op de langere termijn waaiert de pluim flink uit, waarbij ook meer koude oplossingen verschijnen. De EC clusterscenariomethode berekent twee clusters waarbij er min of meer sprake zou moeten zijn van een blokkade, maar nadere introspectie leert dat het hier niet gaat om stabiele wintersituaties. Het hogedrukgebied ligt of niet op de juiste plaats of is een passant.
