Aan de oostflank van een blokkade boven de oceaan voert een noordwestelijke stroming maritiem polaire, later maritiem arctische lucht aan. Ten westen van de Noorse kust ligt ter hoogte van Zuid-IJsland een klein lagedrukgebied dat vrijwel aan alle kenmerken van een polar low voldoet zoals die beschreven zijn in Satmanu. Alleen T500 is net iets hoger dan de (enigszins arbitraire) waarde van minimaal -40 C. Dit laag koerst zuidwaarts en schampt vanmiddag en vanavond de Noorse zuidwestkust, om vervolgens in de nacht naar zondag de Duitse Bocht te bereiken. Op dat moment neemt de 10 m-wind aan de zuidflank van dit laag af naar minder dan 7 Bft. Kort achter dit polar low trekt een lijlaag vanaf Zuid-Noorwegen de Duitse Bocht in. Bijbehorende trog zwaait zondagmiddag over het land. T500 daalt boven het noordoosten naar waardes onder -35 C. Aan de grond blijft er boven land evenwel nog een rug aanwezig die pas op zondag het zuiden van het land verlaat.
Hirlam heeft actueel het polar low bijna exact te pakken. Qua positie althans, er zijn geen metingen van de kerndruk op dit moment. EC zit zuidelijker en heeft meer een trog, ondanks dat de resolutie van dit model inmiddels hoger is. Het domein van Harmonie is te klein. Actueel is de lichte regen boven het zuidoosten van het land nog van enig belang, al stelt dit niet veel voor. Harmonie heeft dit niet vanwege het bekende wolkenwaterprobleem, de nieuwe versie38 zit veel beter en is in lijn met EC en Hirlam. Alle Harmonie-versies overdrijven de stratus net ten zuiden van Limburg. Met het steeds kouder worden van de bovenlucht nemen onstabiliteitsdiepte en de kans op winterse neerslag toe, maar Hirlam-NESO is wel erg vroeg met natte sneeuw. Heeft natuurlijk ook te maken met de manier waarop Hirlam omgaat met neerslag.
Er is veel bewolking en in het zuidoosten (mot)regent het nog af en toe. Elders is er af en toe zon maar trekken er ook enkele buien over. Bij de buien is er ook een kans op korrelhagel. Met een middagtemperatuur van ca. 9 graden wordt het een koude dag. De noordelijke wind is matig, aan de kust en op het IJsselmeer vrij krachtig.
In het zuiden de eerste ochtenduren af en toe (mot)regen. Van het noorden uit buien die geleidelijk verder het land op komen. Vooral in de nacht naar zondag en zondagochtend mogelijk natte sneeuw in het noordoosten en oosten. Verder vooral korrelhagel en zondagmiddag kans op onweer in de zuidoostelijke helft (INDECS tot 70%). Convectieve modus met weinig schering tussen 0 en 3 km en nauwelijks CAPE single cell. Zondag wat meer schering en meer CAPE, dan bij de trog mogelijk multicell. Met een muCAPE x effectieve diepe schering die niet in de buurt komt van de gestelde drempel van 45k, geen grote waterinhoud/uursommen en consistent signaal voor zware windstoten voldoet dit bij lange na niet aan een criterium. Na passage trog duidelijk rustiger.
In de nacht naar zondag verandert er weinig in het weerbeeld. Van tijd tot tijd trekken er buien van het noordwesten uit over het land, mogelijk met hagel of natte sneeuw. De minimumtemperaturen liggen tussen de 0 graden in het oosten tot 5 graden aan zee. De noordwestenwind is matig, aan zee en op het IJsselmeer (vrij) krachtig.
Zondag houdt de buiigheid aan, mogelijk met korrelhagel en in de ochtend ook met natte sneeuw. In de middag is er vooral in het oosten een kleine kans op onweer. Met een middagtemperatuur van hooguit een graad of 8 is het ronduit koud voor de tijd van het jaar. De noordwestenwind blijft matig, aan zee en op het IJsselmeer (vrij) krachtig.
Een uitgestrekte hoogterug ligt boven de oceaan, terwijl een hoogtetrog vanaf de poolcirkel naar Centraal-Europa aanwezig is. Hier tussenin voert een noordwestelijke stroming maritiem arctische lucht aan. Na het weekeind trekt een apart laag vanaf de noordelijke Noordzee richting de Duitse Bocht. Hierdoor verschuift de lagedruk westwaarts en stroomt minder koude, maritiem polaire, lucht over West-Europa.
Koud en wisselvallig.
zaterdag 30 april tot en met zaterdag 07 mei
Geleidelijk iets minder koud en iets afnemende neerslagkansen.
Tot en met halverwege de komende week zijn de onzekerheden vrij klein. Hierna neemt de spreiding steeds verder toe. In de EC-clusterscenario’s is aanvankelijk slechts een cluster aanwezig, die van de Atlantische rug. Via een overgang naar een meer doorstroomt patroon verschijnen geleidelijk meer blokkades in het EPS. Een overgang naar een geblokkeerde situatie scoort relatief gezien matig en de verschillende oplossingen zijn zo divers dat er niet veel meer te constateren valt dan een geleidelijke opwarming.