Tussen een hogedrukgebied boven Finland en lage druk boven de Atlantische Oceaan staat boven ons aandachtsgebied een zuidelijke stroming. Een NW-ZO georiënteerd warmtefront boven de oostelijke Noordzee en Sleeswijk-Holstein trekt langzaam noordwaarts weg. Een golvend koufront (oorspronkelijk een dubbel constructie, maar de fronten zijn niet meer afzonderlijk herkenbaar) ligt boven het oosten van Engeland. Dit front trekt oostwaarts en passeert ons land in de loop van de dag. Het front aan de grond is veel minder duidelijk herkenbaar en lijkt later te gaan passeren. In de cross-secties is dit duidelijk te zien. Uiteindelijk lijkt het front net ten oosten van ons land te stagneren. Achter het koufront is een hoogtetrog aanwezig. De trog komt naderbij, vult langzaam op en passeert in de avond ons aandachtsgebied. Het zuidelijk deel van de trog snoert af boven Frankrijk en trekt verder zuidoostwaarts. Woensdagochtend trekt een volgend frontaal systeem van het westen uit de Noordzee op. Dit frontensysteem is gekoppeld aan een zeer diepe depressie (laagste kerndruk 929 hPa!) die richting IJsland trekt. De zuidelijke stroming neemt op nadering van dit frontensysteem weer in kracht toe.
Vandaag neemt de bewolking langzaam toe en een smalle zone met lichte regen bereikt in de ochtend het westen van het land. De zone trekt vanmiddag langzaam oostwaarts en neemt daarbij steeds verder in activiteit af. Daar vooruit is het nog vrij zonnig met alleen sluierbewolking. De middagtemperatuur komt uit op een graad of 9. De wind draait van zuidoost naar zuid en is zwak tot matig, in het Waddengebied eerst vrij krachtig.
ZO 6 Bft buitengaats. Boven de noordelijke Noordzee 9 Bft. Overdag neemt de wind op koufrontpassage af. Woensdag weer een windtoename, dan waarschijnlijk naar 7-8 buitengaats in de kustdistricten en tippend aan de 9 Bft in het noorden van de FIR.
In de loop van de avond en komende nacht komen er opklaringen en ontstaat er nevel en plaatselijk ook lage bewolking. Het blijft droog en de minimumtemperatuur ligt rond 5 graden. De zuidelijke wind neemt toe tot matig, langs de kust tot (vrij) krachtig.
Woensdag overdag zijn er zonnige perioden en blijft het droog. In de avond neemt van het westen uit de bewolking toe en aan het einde van de avond kan het in Zeeland gaan regenen. De middagtemperatuur wordt ongeveer 9 graden. De wind draait naar zuidoost en is matig boven land en af en toe krachtig langs de kust.
Op donderdag is er boven centraal Europa een hoogterug aanwezig, terwijl op de oceaan nog steeds een sturend laag in de buurt van IJsland ligt. De hoogterug bouwt verder op tot een hoog in de buurt van Spitsbergen, terwijl een hoogtelaag in het weekeinde boven oost Europa afsnoert. Hierdoor ontstaat een min of meer geblokkeerd stromingspatroon boven het noorden en oosten van Europa. Zonale stroming vanaf de oceaan splitst zicht hierdoor, waarbij de zuidelijke tak van de straalstroom vanaf het weekeinde zuidelijker komt te liggen, tussen 40-50 NB. Randstoringen vanaf de oceaan volgen hierdoor geleidelijk aan een wat zuidelijker koers, waardoor we in ieder geval in minder zachte lucht terecht komen vanaf het weekeinde. Onzekerheid voor wat betrekt de temperatuur-ontwikkeling en eventuele neerslagsoort hangt uiteraard sterk samen met deze koers.
Aanvankelijk nog vrij zacht met op oudejaarsdag eerst regen. Vanaf het weekeinde lagere temperaturen met in de nacht een toenemende kans op lichte vorst. Verder geregeld neerslag, begin volgende week vooral in het noorden en oosten ook kans op (natte) sneeuw.
dinsdag 05 januari tot en met dinsdag 12 januari
De eerste dagen mogelijk nog lichte vorst met kans op winterse neerslag. Daarna waarschijnlijk (70-80% kans) een wisselvallig weertype met temperaturen rond of iets boven normaal.
Met name de ontwikkelingen vanaf het komende weekeinde zijn op deze termijn uiterst onzeker. In vrijwel alle EPS-leden zien de de ontwikkeling van een hoog boven het noorden van Scandinavie en een zuidelijker positie van de straalstroom. Veel hangt uiteindelijk af van de precieze koers van de diverse randstoringen. Een kleine meerderheid van ongeveer 60% van de EPS-leden duidt op een relatief zacht weertype, weliswaar met lagere temperaturen. Ongeveer 40% van de leden laat een korte periode van duidelijke kouder weer zien, met vorst in de nacht. Daarbij zien we bovendien vanaf zondag de kans op sneeuw toenemen naar 30-40% in het noorden en oosten, maar slechts 10-20% in het zuiden. Vanaf het einde van de volgend week zien we in een toenemende aantal EPS-leden een duidelijke west-component met overwegend cyclonale invloed.