Ten zuiden van een laag boven de Noorse Zee voert een stevige west- tot noordwestelijke stroming polaire lucht aan. In de loop van vandaag ontstaat er een golf in het polaire front op de Atlantische Oceaan. De golftop (met kleinschalig laag) trekt in de loop van vanavond en komende nacht over België en Zuid-Limburg (noord)oostwaarts. Een aparte lagedrukkern in het laag noord van ons land trekt vrijdag vanaf de Noorse zuidwestkust naar de Duitse Bocht. Een ingedraaide occlusie bereikt begin vrijdagmiddag het (noord)westen en trekt gedurende de dag zuidoostwaarts over het land. Op de passage hiervan neemt de noordwestenwind sterk in kracht toe.
Het is vanochtend wisselend bewolkt en met name in het noorden en noordoosten kan nog een bui voorkomen. Vanmiddag neemt de bewolking toe en later gaat het van het zuidwesten uit stevig regenen. In het midden en zuiden van het land is 10-20 mm neerslag mogelijk. In de loop van de avond gaat de regen landinwaarts op steeds meer plaatsen over in (natte) sneeuw en kan zich met name in het midden, oosten en zuiden op meerdere plaatsen tijdelijk een sneeuwdek vormen. In het noorden valt er beduidend minder neerslag. De westelijke wind is boven land matig tot vrij krachtig, aan zee en op het IJsselmeer krachtig tot hard, 6-7 Bft. De wind draait in de loop van de dag naar zuidwest tot zuid en neemt geleidelijk af naar krachtig langs de noordkust en naar zwak tot matig in het zuiden. De maximumtemperatuur bedraagt ca. 7°C.
Buiten de frontale zones geïsoleerde winterse buien, vannacht in het noorden van de FIR en vrijdag in de loop van de nacht en in de ochtend ook elders (boven en nabij zee) mogelijk met onweer. Later vandaag bij de golf matige regen die vanavond aan de noord- en westflank van het laag over kan gaan in (natte) sneeuw. Het is de vraag in hoeverre de neerslagintensiteit voldoende is om het nulgradenniveau door smelten van de sneeuw genoeg naar de grond te brengen. Harmonie36 heeft regionaal een signaal voor droge sneeuw (wel minder dan de vorige run), de andere modellen houden het toch op meest natte sneeuw. Het zal dus waarschijnlijk om vrij “natte” sneeuw gaan, met een hoge sneeuwdichtheid (ratio < 10:1). In het gebied met de hoogste intensiteiten is een scenario met enkele uren droge sneeuw mogelijk. De Harmonie-runs geven waarschijnlijk te veel accumulatie van natte sneeuw. Harmonie komt met een strook met 5-10 cm. Hirlam lijkt wat dat betreft wat realistischer met accumulaties in de orde van 1-3 cm in het midden en oosten van het land. Plaatselijk zal dit vast nog wat meer zijn. Als het neerslaggebied op vrijdagochtend is weggetrokken zal de sneeuw weer wegsmelten. Hirlam is het enige model dat in de SNdek-plaatjes een realistisch beeld vertoont, de andere modellen lijken de sneeuw te makkelijk te laten accumuleren en te langzaam te laten smelten.
Komende nacht trekt het neerslaggebied geleidelijk naar Duitsland weg en zal de aanwezige sneeuw langzaam wegsmelten. Tegelijkertijd trekken er vanaf zee enkele winterse buien het land binnen. De minima komen dicht bij het vriespunt uit en er staat een matige, aan de kust krachtige noordwestelijke wind. In Zuid-Limburg kan de wind tijdelijk toenemen naar krachtig, 6 Bft.
Morgen wordt het in de loop van de dag onstuimig. Het is wisselend bewolkt met in de ochtend enkele winterse buien en daarbij in de kustgebieden kans op onweer. In de middag trekt er een neerslaggebied van noordwest naar zuidoost over het land. Landinwaarts kan de neerslag enige tijd in de vorm van natte sneeuw vallen. De maxima liggen rond 5°C. De west- tot noordwestenwind neemt in de middag snel toe en wordt boven land (vrij) krachtig, aan de kust stormachtig met enige tijd noordwesterstorm, 9 Bft. Daarbij komen vooral in de kustprovincies zware windstoten voor van 75-90 km/uur, aan zee 90-100 km/uur.
Aanvankelijk strekt een langgerekte hoogtetrog zich uit van Scandinavië naar Italië. Aan de westflank hiervan trekken tot en met maandag enkele troggen, soms met CAD-achtige structuren, zuidwaarts naar ons land. Zondagavond stroomt definitief koude lucht vanaf Scandinavië over onze omgeving uit. In dezelfde periode neemt een hoogterug van de Azoren naar IJsland in amplitude toe en verplaatst zich naar Scandinavië op maandag. Aan de grond vormt zich dan in de buurt van Oslo een dominant hogedrukgebied en wordt de wind aflandig. In de loop van de volgende week wordt dit een langgerekt hoog dat langzaam zuidwaarts verplaatst. De as ervan blijft tot en met zaterdag echter net noordoost van ons land liggen. Op hoogte zien we min of meer hetzelfde gebeuren.
De eerste dagen wisselvallig met winterse buien. In de eerste helft van de volgende week overgang naar koud en droog winterweer.
donderdag 19 januari tot en met donderdag 26 januari
Aanvankelijk waarschijnlijk (90% kans) koud en droog winterweer. Later in de periode een tendens naar minder koud weer met een wat toenemende kans op (winterse) neerslag.
Tot en met maandag nog cyclonaliteit en een (afnemende) kans op neerslag, vooral landinwaarts winters van karakter. Daarna erg kleine neerslagkansen en een dalende temperatuur. Woensdag t/m zondag in de zuidoostelijke helft van het land een grote kans op ijsdagen met in de nacht minstens matige vorst: 50-80%. Het is wel de vraag in hoeverre er een sneeuwdek aanwezig zal zijn. EC-Oper berekent in het oosten en zuidoosten vanaf het begin van de periode al een sneeuwdek van zo’n 5-8 cm. Dit wordt echter mogelijk weer gecompenseerd door de vaak te geringe ontkoppeling van de grenslaag in het model. Vanaf vrijdag 20 januari opteert ong. 1/3 deel van het EPS voor een scenario waarbij het centrum van hoge druk aan de grond in de buurt van het Kanaal uitkomt, met bij ons een zwakke aanlandige wind in vooral het noorden van het land. De overige leden houden echter een aanlandige aanvoer. Vanaf zondag 22 januari wordt de verdeling aflandig/aanlandig ongeveer 55/45, we zien dan twee clusters die beide tot het negatieve NAO-regime gerekend worden. Wel lijkt de bovenlucht ook in het aflandige scenario wat op te warmen. Vanaf maandag 23 januari neemt de kans op ijsdagen snel af en aan het einde van de EPS-periode lijken de temperatuur richting normaal te gaan, net iets aan de koude kant nog.
Bron: KNMI