Thursday 18 April
Weerman Jannes Wiersema
Laag noordwest van Schotland trekt langzaam oostwaarts en vult daarbij overdag op. Een bij dit laag behorende golvende occlusie ligt via de noordwestelijke helft van de FIR over het zuidoosten van Engeland richting de Atlantische Oceaan. Deze occlusie komt langzaam dichterbij en trekt in de middag over ons land. Daarvooruit zien we stroomopwaarts van de Noordzee, boven Engeland, wat hogere dauwpunten van ca. 15°C. Deze vochtigere lucht trekt vanochtend de Noordzee op en kan voor een verslechtering van de grenslaagcondities zorgen. Achter de occlusie loopt een CAD op de occlusie in. Bijbehorende 500 hPa trog ligt in de middag boven ons land, terwijl een jetstreak op 300 hPa in de ochtend boven het midden van ons land komt te liggen. De linkeruitgang hiervan ligt begin van de middag boven het noorden van het land en het noordelijk deel van de FIR. Dit zorgt voor een destabilisering van de atmosfeer, met name op middelbaar niveau. Pas komende avond komen we achter het grondfront, maar boven het zuiden van het land lost de bewolking bij de occlusie op. De restanten van de CAD in de onderste regionen passeren dan in de avond het land, maar in de nacht naar zaterdag blijven deze boven het uiterste zuiden van het land slepen. Hierna nadert vanuit het westen een rug, waarvan de as zaterdagmiddag van west naar oost passeert. Direct achter de rugas bevindt zich een warmtefront dat eveneens later op zaterdag passeert, waarna ons land in de warme lucht belandt.
Synoptisch zitten de modellen behoorlijk op één lijn. De neerslagactiviteit bij de CAD vanavond is in Hirlam duidelijk meer dan in de andere modellen. GLAMEPS komt met 30-40% kans op dit scenario en dat is iets meer dan de vorige GLAMEPS. Verder valt het mistsignaal in Harm36 en Harm38 in de nacht naar zaterdag op boven het midden en zuid(west)en van het land. Zelfs Hirlam heeft een gebiedje met ST 100-200 vt boven het zuidwesten. EC berekent dan niets. Dit alles is volledig in lijn met de vorige runs. Geowind in Hirlam varieert van 10-15 kn in Zeeland tot 25+ in het uiterste noordoosten. Ten slotte is er onzekerheid m.b.t. de neerslagactiviteit bij het warmtefront zaterdag. Hirlam berekent af en toe lichte regen in vooral het midden en noorden van het land in de middag en avond, terwijl de andere modellen boven land geen of nauwelijks neerslag berekenen. GLAMEPS houdt de zuidelijke helft van het land droog op zaterdag, maar in de noordelijke helft lopen de neerslagkansen uiteen van 10-50% met de grootste kans op de Wadden in de loop van de avond.
Plaatselijk regent het al af en toe. Vanaf het einde van de ochtend trekt een gebied met intensievere buiige regen met name over de noordelijke helft van het land oostwaarts. In het noorden is daarbij een kleine kans op onweer. Verder naar het zuiden stelt de regen waarschijnlijk niet zo veel voor. In de tweede helft van de middag en in de avond wordt het van het westen uit meest droog en trekken ook opklaringen het land binnen. Toch blijft ook vanavond een enkele bui mogelijk. De maxima komen uit tussen 19 graden op de Wadden en 22 graden in het zuiden. De zuidwestenwind trekt aan naar matig, boven open water naar (vrij) krachtig. Vanavond draait de wind naar het westen en neemt iets af.
Actueel boven het rivierengebied een band met regen, waarschijnlijk getriggerd door een thetaw-gradiënt die niet als front is geanalyseerd, maar wel gepaard gaat met enige warmteadvectie. Vooral in de middag bij de occlusie perioden met regen, nadruk duidelijk op de noordelijke helft van het land, het ziet eruit als een tweedeling die wordt veroorzaakt door de positie van de jetas (GLAMEPS). Meest intensieve neerslag over het noorden van het land, maar vooral ten noorden van ons land boven zee. De Harmonie-varianten leggen de nadruk zoals gebruikelijk op het convectieve signaal noord van de jetas. Hirlam MUCAPE vanmiddag boven Noord-Nederland 200-400 J/kg, boven zee en de Wadden 400-700 J/kg, MUCIN waarden > -10 J/kg. Progtemps laten met name voor het noorden van het land een onstabiel profiel zien op hoogte. De linkeruitgang van de jetstreak helpt mee bij de forcering. Effectieve windschering vanaf hoogte 15-20 kn. Dus modus single cel of krap multicel, CAPE*SHEAR/1000 overal < 20. Harmonie laat in de loop van de ochtend en begin van de middag een onweerssignaal zien boven de noordelijke helft van het land en verder noordelijk. KOUW 09-15 komt met zeer kleine onweerskansen, de INDECS 09-15 kwam nog met 63% in het Waddengebied. Vooral Hirlam heeft voor vanavond nog een neerslagsignaal als restanten van de CAD passeren en mogelijk wat activeren onder invloed van de rechteringang van de jet. Kans op dit scenario lijkt nu orde 30-40%.
Komende nacht zijn er opklaringen. In het midden en zuiden ontstaan enkele mistbanken en de minimumtemperatuur loopt uiteen van 11 graden plaatselijk in het noorden tot 15 graden aan zee. De wind komt uit het zuidwesten en is zwak tot matig.
Morgen begint op veel plaatsen met de zon. Vooral in het midden en noorden van het land drijven er in de loop van de dag ook velden middelbare en hoge bewolking over. In de namiddag en avond is er in het noorden een spat regen mogelijk. De middagtemperatuur loopt uiteen van 21 graden in het noordwestelijk kustgebied tot plaatselijk 25 graden in het zuiden van het land. De zuidwestelijke wind is matig van kracht.
Zondag 10 juli belooft een warme dag te worden, met ondanks een zuidwestenwind zomerse temperaturen in een groot deel van het land. In de avond bestaat er vooral in het noorden kans op enkele (stevige) onweersbuien, mogelijk ook i.c.m. een thermische vore. In de nacht naar maandag passeert het eigenlijke koufront, waarin boven Frankrijk een golf ontstaat die maandag noordoostwaarts over Duitsland trekt, zuidoost van ons land langs. Achter het koufront op maandag komen we geleidelijk steeds dieper in de polaire lucht terecht. Hierbij neemt de buiigheid vooral halverwege de volgende week toe. In de loop van het weekend van 16/17 juli wordt er weer warmere lucht aangevoerd en stabiliseert het weer zich onder invloed van een hoogterug.
Op zondag zomers warm met later op de dag vooral in het noordoosten kans op een (stevige) onweersbui. Vanaf maandag geleidelijk dalende middagtemperaturen naar waarden beneden 20 graden. Daarbij neemt de buiigheid toe, maar blijft er ook geregeld ruimte voor de zon.
vrijdag 15 juli tot en met vrijdag 22 juli
Vanaf het weekend een vrij grote kans op een overgang naar een vrij warm weertype met zonnige perioden en slechts een enkele bui. Er is een kleine kans dat er na een warmer weekend een terugkeer plaatsvindt naar vrij koel en wisselvallig weer.
Zondag 10 juli loopt de kans op > 0.3 mm volgens de staafdiagrammen uiteen van 10% in Maastricht tot 70% in Groningen. Voor > 1 mm is dat resp. 0% en 45%. In de progtemps die er voor zondag al zijn zien we wel veel windschering in het noorden: voor EHGG in de loop van zondagmiddag 40-45 kn 0-6 km windschering bij ca. 1000 J/kg CAPE. Dus een eventuele onweersbui kan fors uitpakken, met name in het noorden waar je wat meer PVA hebt en waar enkele leden ook meer dan 10 mm berekenen. Maandag in het zuidoosten mogelijk nog een wat warmere dag (ca. 25% kans op 25°C of meer) vanwege het golvende koufront in de buurt, daarna een duidelijke overgang naar koeler weer met enkele buien. Dinsdag 13 t/m donderdag 15 juli is er slechts één cluster. Vanaf vrijdag zien we in grote lijnen een stabilisering plaatsvinden. Vrijwel alle berekeningen laten op zaterdag 17 juli een hoogterug boven of net west van onze omgeving zien. De amplitude daarvan loopt echter wel uiteen. Vanaf zondag 17 juli behoren 38 van de 51 leden tot een cluster die als R4 blocking wordt getypeerd, een aanzienlijk deel van het ensemble en een behoorlijk ander beeld dat de ECEPS12 van gisteren. De rest van de leden laat de westcirculatie weer aantrekken met een terugkeer naar het wisselvallige en vrij koele weer. De mediaan van de maxima komt vanaf zaterdag 16 juli volgens de ECWMF staafdiagrammen ca. 2 graden boven de modelklimatologie uit. Daarbij minder bewolking en minder neerslag dan de modelklimatologie. De spreiding is echter nog vrij groot, maar deze sterke neiging naar een structurele stabilisering is vandaag voor het eerst wat duidelijker te zien.
