Friday 26 April
Weerman Jannes Wiersema
Een hoog boven Het Kanaal en het noordwesten van Frankrijk bouwt op. Aan de noordflank daarvan staat boven onze omgeving een zwakke west- tot noordwestelijke stroming. Onder een lage inversie is de lucht boven land koud en enigszins vochtig. Aan de noordflank van het hoog trekt een zwakke trog over de Noordzee oostwaarts, ligt om 18 UTC tegen de westkust en lijkt daar stationair te blijven liggen (vanwege koude laag boven land). Verder zien we een weinig actief hoogtelaag. Dit systeem trekt eerst nog OZO-waarts en trekt maandagavond en begin van dinsdagnacht van noord naar zuid over het land om vervolgens dinsdag overdag naar Frankrijk te trekken. Aan de (zuid)westflank genereert het laagje vindt nog wat extra optilling plaats, met mogelijk wat activering van de neerslag. Dinsdag verplaatst het zwaartepunt van het hoog naar Duitsland hoog naar Duitsland en draait de stroming naar zuid tot zuidwest.
De mist lost geleidelijk op en zijn er vrij veel wolkenvelden. In het Waddengebied is er in de loop van de ochtend kans op een lichte regenbui. In de loop van de middag en avond trekt een zwakke storing met lokaal een lichte regenbui heel langzaam zuidwaarts over het land. Later in de middag en vanavond kan er in het oosten en zuidoosten ook wat natte sneeuw tussen zitten. Ook is lokale ijzel niet helemaal uitgesloten. De temperatuur loopt in de middag op naar ongeveer 2°C in het zuidoosten tot 6°C aan zee. De wind is zuidwestelijk en zwak, aan de kust af en toe matig.
Komende nacht is er een afwisseling van wolken en opklaringen. Er trekken nog enkele lichte buien over het land. Deze kunnen bij temperaturen net onder nul voor lokale gladheid zorgen en in het zuidoosten is nog wat sneeuw mogelijk. In langduriger opklaringen kan er een mistbank ontstaan. De minimumtemperatuur ligt op de meeste plaatsen net onder het vriespunt met kans op gladheid door bevriezing van natte weggedeelten. De wind is zwak en komt uit een zuidelijke richting.
Dinsdag overdag is het, nadat de eventuele mist in de ochtend opgelost is, half tot zwaar bewolkt en op de meeste plaatsen droog. De middagtemperatuur ligt tussen 5°C aan de kust en +1°C in het oosten van het land. De zuidelijke wind is zwak.
Hoog boven centraal Europa bepaalt het weer in ons aandachtsgebied. Ook op 500 hPa is er woensdag een hoog aanwezig. Door warmte-advectie aan de oostzijde van een Atlantische hoogtetrog bouwt het hoog op 500 hPa nog verder op en trekt tegelijkertijd langzaam oostwaarts. Het hoog aan de grond trekt daardoor ook oostwaarts en komt zaterdag 28 januari boven het zuidoosten van Europa terecht. In ons aandachtsgebied blijft de stroming derhalve aflandig uit een richting tussen zuid en zuidoost. De eerder genoemde Atlantische trog nadert in het weekeinde het continent, maar vult dan op. We zien in het volgende weekeinde een verbinding tot stand komen tussen het oostelijke hoog en het Azorenhoog, waarbij wij ten noorden van de rug-as komen. Storingen volgen steeds een tamelijk noordelijke koers en bereiken ons gedurende de periode niet of slechts in afgezwakte vorm.
Rustig en droog winterweer met geregeld zon. Maximumtemperaturen meestal enkele graden boven nul, aan het einde van de week waarschijnlijk iets oplopend. ’s Nachts overwegend lichte, soms matige vorst.
maandag 30 januari tot en met maandag 06 februari
Grote kans (ongeveer 80%) op een zachter weertype met langzaam toenemende neerslagkans, maar vooral de eerste dagen nog wel kans op lichte vorst in de nacht.
In de meeste EPS leden zien we het scenario van de zuidelijke aanvoer in vrijwel alle leden terug. Vanaf het weekeinde zien we vooral in de temperatuur de onzekerheid sterk toenemen. Windsnelheid en hoeveelheid bewolking zijn sterk bepalend voor met name de Tmin. Ook in het komende weekeinde en begin volgende week blijft de kans op lichte vorst in de nacht en ochtend duidelijk aanwezig. Neerslagkansen zijn nog lange tijd klein en zien we eigenlijk pas in de loop van de volgende week toenemen
Bron: KNMI
