Saturday 20 April
Weerman Jannes Wiersema
(Hoogte)laag in de omgeving van Kopenhagen trekt langzaam opvullend noordwaarts en komt vervolgens op vrijdag boven het zuiden van Noorwegen terecht. De westelijke stroming neemt hierdoor in kracht af en occlusierestanten boven ons land trekken nu langzaam in activiteit afnemend oostwaarts. Overdag trekt van het westen uit een trog over het land, die een extra trigger is voor het opleven van de buienactiviteit vanaf het einde van de ochtend en in de middag. Ook op 500 hPa is er sprake van een trog, 06 UTC voor de Zeeuwse kust. De trog verlaat het noordoosten in de avond. Daarna passeert een zwakke trekrug. Vrijdagnacht bereikt een volgende storing, nu ontwikkelend in de koude lucht noordwest van Schotland, de Noordzee. Het front dat hieraan gekoppeld is trekt met neerslag in de loop van de nacht en ochtend van west naar oost over het land. Daarachter wordt de opbouw weer onstabiel.
Ten aanzien van de trog zien we nog steeds kleine verschillen, waarbij Hirlam in de opeenvolgende runs een klein laagje laat ontstaan. Steeds zien we dat op een verschillende plaats. Andere modellen zijn duidelijk minder uitgesproken in de ontwikkeling van een dergelijk laagje. Het geeft een indicatie van de onzekerheden die er zijn, maar al te letterlijk kunnen we dat niet nemen. Met betrekking tot het laag van vrijdag week de Hirlam18 nog sterk af van zijn voorgangers en ook van de overige modellen. De Hirlam00 komt nu een stuk noordelijker met de koers en dat is veel beter in overeenstemming met EC18 en met de posities in de EPS-uitvoer.
Het is wisselend bewolkt en met name in de kustgebieden en het noord(oost)en komt een enkele bui voor, mogelijk met korrelhagel. Lokaal komt er begin van de ochtend een enkele mistbank voor. Later in de ochtend en vooral vanmiddag ontstaan er steeds meer buien. Opnieuw is daarbij ook kans op onweer en hagel. Vanavond neemt de buiigheid van het zuidwesten uit sterk af en klaart het flink op. De maxima liggen rond 10 graden. De wind is zwak tot matig uit richtingen tussen zuid en west, in het Waddengebied eerst uit noordwest. In de loop van de avond draait de wind overal naar het zuiden. Aan de westkust neemt de wind toe naar (vrij) krachtig.
Op het occlusie restant dat NW-ZO georiënteerd boven het noorden en oosten ligt enkele buien. Overdag weer vorming van buien door dagelijkse gang en trogpassage. Capewaardes rond 400, landinwaarts nog iets hoger. Schering blijft beperkt tot waardes onder de 20 kn. Vooral single Cells, opgelijnd door externe forcering. INDECS komt met kansen van rond de 50% in het westen en boven de 80% in het zuiden en oosten. Onweerssignaal zien we in Harmonie ook in het westen eind ochtend/begin middag, wat op basis van de temps realistisch is. Ook hagel blijft tot de mogelijkheden behoren. West van de trog sterk afnemende buienkans en geen onweer meer. Vrijdag is CAPE beperkt, 200-400 J/Kg, wel veel meer schering, 30-40 kn.
In de nacht naar vrijdag neemt de bewolking geleidelijk toe en later valt er in het westen en noordwesten af en toe regen. De minimumtemperatuur wordt ongeveer 3 graden. De zuidelijke wind neemt toe naar matig tot vrij krachtig boven land en krachtig tot hard aan de kust.
Vrijdag overdag is er eerst veel bewolking en trekt de regenzone oostwaarts over het land. In de middag kan het in het westen opklaren maar een enkele bui is dan ook nog mogelijk. De maxima liggen rond 11 graden. De zuidwestenwind is matig boven land en krachtig langs de kust.
Een groot hoogtelaag boven de Noordzee en de Britse Eilanden bepaalt de eerste dagen het weerbeeld met koude en onstabiele lucht. De voor ons belangrijkste kern ligt vrijdag boven de Noordzee. Aan de zuidzijde hiervan snoert zich in de loop van zaterdag boven Frankrijk een apart laag af dat richting de Middellandse Zee trekt. Begin volgende week stelt zich vervolgens een west tot noordwestelijke hoogtestroming in, waarin geregeld fronten of buiengebieden over trekken. Op Hemelvaartsdag bouwt zich boven onze omgeving een rug op, die in het daarop volgende weekeinde naar centraal Europa trekt. Hierdoor wordt de stroming zuidelijk en de aangevoerde lucht warmer.
Af en toe zon, maar vooral na het weekeinde soms regen of een bui. De maxima stijgen weliswaar iets, maar het blijft vrij koel voor de tijd van het jaar.
donderdag 05 mei tot en met donderdag 12 mei
Spoedige overgang naar een licht wisselvallig weertype met grote kans (70-80%) op temperaturen die oplopen naar waarden boven normaal.
Tot en met halverwege de volgende week verblijven we vrij diep in de polaire lucht. De storingen die passeren zijn meestal niet heel erg actief. Vanaf ongeveer 6 mei zien we dat er een steeds grotere spreiding gaat optreden in de EPS leden. Ten opzichte van de voorgaande runs zien we in steeds meer leden de ontwikkeling van een hoog boven het noorden of oosten van Europa en een laag boven het oosten van de Atlantische Oceaan ten westen of ten zuidwesten van de Britse Eilanden. Daarbij heeft de stroming in de meeste gevallen wel een (zwak) cyclonaal karakter, maar wel uit richtingen tussen oost en zuid, met in ongeveer 20% van de oplossingen zelfs T850 temperaturen van rond de 12 graden.
